zondag 16 september 2018

Praktisch

De Alta Via 1 en 2 vormen een lus van 3 à 4 stapweken door heel Val d'Aosta. Het mooiste stuk is ongetwijfeld de Alta Via 2 die grotendeels door beschermde topnatuur loopt : de parken van Gran Paradiso en van Mont Avic. Meerdere topos en gidsen online en op papier ; dit is de beste online-topo van de Alta Via die we vonden.
Voor de topo's van de extraatjes en de varianten : zie blog-van-de-dag.

De AV2 start officieel in Courmayeur en omdat we beide al eerder de Tour de Mont Blanc liepen zochten we naar een alternatieve start, die liefst ook vlot met de trein te bereiken was. Deze vonden we over de grens in Frankrijk. De inloop over de Refuge d'Archeboc laat een heel rustige acclimatisatie toe vooraleer aan de cols van 3000 m te beginnen.

De laatste etappe lieten we ook vallen. Hier kozen we voor het parcours van de Tor des Géants. Dit is één van de zwaarste en meest open ultralopen in de Alpen, waarbij de hele Alta Via 1 en 2 in één ruk wordt gelopen. De besten doen dit in minder dan 4 dagen.



De Alta Via 2 volgt altijd het meest logische pad. Vaak zijn dit oude muilezelroutes of de oude jachtpaden (via de caccia) die in de 19° eeuw zijn aangelegd om de koning en zijn gevolg te paard naar de beste jachtplekjes te brengen. Om ook de mooiste plekjes - dorpjes, watervallen, uitzichtspunten, ... - te zien, moet je dus van dat hoofdpad af.

Moeilijkheid
Behalve enkele varianten en behalve bij de hoogste cols, is de moeilijkheid T2 : eenvoudig bergwandelen. In het Italiaans : E (Escursionisti). De moeilijker stukken zijn T3 (EE - E. Esperti) en zijn beperkt tot de omgeving van de hoogste cols en enkele van de door ons gekozen varianten.

Backup : 
Elke grote tocht vraagt om een plan B en een plan C. In ons geval is dat vooreerst de etappe wat inkorten door die dag alle extraatjes te laten vallen. Bij echt slecht weer zijn eigenlijk alleen de cols wat tricky en als je die niet ziet zitten draait de oplossing altijd om een busrit naar Aosta of Inrod en terug omhoog één of twee valleien verder. Ook buiten het seizoen zijn er acceptabele busverbindingen.
De bussen en het lokale treintje in Val d'Aosta zijn op vlak van prijs/kwaliteit véél beter dan in Vlaanderen.


Heen en terugreis.
Heenreis : TGV naar station Bourg Saint-Maurice : dat ligt voor de hand.
Terugreis : je komt uiteindelijk terecht in Val d'Aosta, of je nu de AV2 volgt of jammergenoeg door slecht weer moet inkorten. Wij kozen voor een bus vanuit Aosta naar Genève en dan terug met de TGV. Sneller maar iets duurder is om op het einde het boemeltreintje in Val d'Aosta richting Turijn te nemen en daar de TGV Turijn-Parijs te nemen. 
Met openbaar vervoer van Val d'Aosta terug naar het startpunt is in de praktijk niet doenbaar ; dat wordt liften of toch maar beter starten op de Alta Via 2. 



zaterdag 8 september 2018

Ik ga naar de markt in de vallei en neem mee...

Rifugio Dondena - Bard. De berghut was één van de koninklijke jacht lodges in Val d'Aosta. Veel merk je daar niet van. De fraaie paarden en de honden kennel : die waren er wel. Koninklijke luxe : hmm, nee.
Tot Champorcher bleven we op de noordoever, de sunny side dus of de Adret in het lokale dialect. Heerlijke uitzichten, een aangenaam pad. Bleek later dat dit de koninklijke jachtweg was.
Lager in de vallei kozen we voor de zuidelijke oever: de Ubac. Schaduwrijk, fris, en weg van de auto's op de hoofdweg. De rivier was nooit ver weg. We kozen voor de variant in de vallei ; de route die ook de Tor des Géants volgt.
Het pad op het einde was magnifiek. Een fraai staaltje van padbouwkunst van minstens een eeuw geleden. Een boeren- en muilezelpad: met onze zware rugzakken voelden we ons als boerkes op weg naar de markt. Precies.
Dit pad tussen Pontbosset en Bard was een fraaie finale, door een beginnende herfst in een waar voedselbos: kastanjes, hazelaars, beuk... Niet de wijdsheid van de voorbije week, maar het beste wat je je kan voorstellen als bergwandelervaring op 500 m hoogte. En gelukkig ook geen erge marteling voor onze knietjes.
Terwijl we op de trein in het station Hône-Bard wachten, was het logisch om nog even door te steken naar de andere oever om het Fort van Bard te bewonderen. 
De etappe in cijfers: 7h 23km, 450m+ 2250m-.

vrijdag 7 september 2018

50 keer per...


Cogne - Rifugio Dondena.
Gisteren kreeg ik de duidelijke hint dat de landschapfoto's misschien wel ok zijn op een smartphone-scherm maar elders niet. Sorry - ik heb alles geprobeerd wat me buiten Wifi-land haalbaar leek. En vanavond in Cogne ook nog eens een hoop andere testen waarbij internet nodig was. Noppes - fabricagefoutje.
Vandaag heb ik het over een andere boeg gegooid: landschapfoto's maken met de selfiecamera. Probeer het zelf maar eens...
Een vlak stukje bracht ons in Lillaz. We hebben ondertussen al goed door dat de Alta Via de hoofdpaden volgt en niet kronkelt langs de mooiste plekjes: dat moet je zelf doen. De eerste kronkel waren de watervallen van Lillaz.
Hoger in de vallei deed de Alta Via wel zijn best om de mega hoogspanningslijn aan het oog te onttrekken, maar vanaf ca. 2400 m was er geen ontkomen aan. Je kan er wel naast kijken (daar hebben we in Vlaanderen genoeg op geoefend) maar het monotone geknetter is onvermijdelijk.
Op de Fenêtre de Champorcher werden we verwend. Drie groepjes steenbokken van telkens enkele moeders en één of twee lammetjes. En dat alles met de super verrekijker van een Nederlandse natuurfotograaf. Voor het eerst in mijn leven hoor ik het frele gepiep van de steenbokjongen.
De afdaling naar Dondena: twee thema's: de eerste herfstkleuren en twee prachtige meertjes. De scherpe kammen van Gran Paradiso liggen ver achter ons. Hier in het Park van Mont Avic is alles ietsje zachter en afgeronder. Een unieke mix van rust en wildheid. Mooi weer dus lassen we nog wat varianten in : de koninklijke weg naar Lac Noir en helemaal omheen het prachtige Miserin meer. Ondanks dat het een klein stuwmeer is, krijgt het van mij de prijs voor het mooiste meer van de tocht.
En de andere betekenis van de titel ipv. het geknetter van 50 Hz ? Eindelijk zijn we zo ver aangepast aan de hoogte dat het hart 's avonds in ons bed met een dikke 50 per minuut genoeg zuurstof rondgepompt krijgt. En juist nu is het niet meer nodig: morgen dalen we terug af naar de dikke lucht. 
Deze etappe kan je gerust anders indelen. Wij sliepen in Rifugio Dondena maar passeerden ook Rifugio Sogno di Berzé, het noodbivak op de Col en de Rifugio Miserin.  
Etappe in cijfers:  7h 25km 1450m+ 900m-
Apollovlinder
Lago Miserin

donderdag 6 september 2018

What goes up, comes down

Rifugio Sella - Cogne.
De Alta Via 2 daalt in dik 2 uur af. Wij kiezen voor een lange variant. Even verwarring bij het aanmelden in de hut "wat doen jullie morgen ?" "Cogne, via de lange route zuidwaarts" "Ok, Herbetet". Wij daarop "??? Herbetet is toch een top, dat zijn we echt niet van plan". De hut : "maar goed ook, ik zou het streng afraden". Kortom, bij het bekijken van de kaart werd alles duidelijk: de naam Herbetet was eerst van de Alm-hut, de cartografen lieten ze stijgen naar de top en wij wandelaars brengen ze terug naar beneden.
De traverse naar Herbetet was indrukwekkend. Fantastisch uitzicht maar ook hoe het pad zich in alle eenzaamheid door de wand slingert, zo'n 600 a 1000 m boven de vallei. 
We deden de afdaling zo traag mogelijk om zolang mogelijk uitzicht op het hele gletsjercircus te bekijken. Waar zie je 10 fatsoenlijke gletsjers en een stuk of 30 toppen in één keer?
Eens in de vallei begon het langzaam te druppelen. Van overal kwamen plukjes dagwandelaars tevoorschijn en werden we onderdeel van een processie van afdalers. Na Valnontey kwam de rust terug. Peter ging als een speer naar de Ostello de la Mine, ik plakte er nog een variant aan. 
De Ostello ligt midden in een reeks gebouwen van de nu stilgelegde ijzermijn van Cogne. Cogne zelf is volledig op toeristen gericht. Ik vind in het centrum maar enkele sporen: de ijzeren fontein, een beeldje met krom gewrochte mannetjes,... de ijzermijn willen ze liefst vergeten. Nieuw leven blazen in deze Mijnwijk... Het is op gang gekomen maar met mondjesmaat. 
De etappe in cijfers: ik schat 6h30 19km 300m+ 1250m- Het stuk tussen de hut en Herbetet is T3.

Voor koningen en crossers

Valsavarenche - Rifugio Vittorio Sella.
We zitten nu al stevig in het ritme van opstaan om 7 h ontbijt om 7h30 op weg om 8 h. Het ontbijt in campinghotel Grivola was zo'n typisch vallei-ontbijt: wat een enorme keuze op dat buffet, maar wat een chagrijnig optreden van de eigenaar.
We delen de 1750m+ naar de Col de Lauson, één van de hoogste wandelcols van de Alpen, methodisch in. Om het uur wat pauzeren en knabbelen. In de praktijk wijken we er van af. Ontmoetingen met gemzen (een 15-tal) en steenbokken (ook een 15, verspreid over een enorme droogstaande stortbeek), laten zich niet methodisch plannen.
Het pad is bijna overal breed en zacht stijgend. Het was immers aangelegd voor de Italiaanse koning en zijn gasten en die moesten zich toch vlot en in stijl dus te paard naar de beste plekjes verplaatsen om met zo weinig mogelijk moeite wat beesten af te knallen. Alleen bij de col is de rots zo instabiel (Lauson = leisteen) dat het écht bergwandelen wordt. Op de top klauter ik er nog een vervolgje aan naar de Punta del Tuf. Machtig uitzicht op de Grivola en de Gran Paradiso.
Nu is het super rustig. 2 andere trekkers in de klim, één alpinist op de col. Volgende week totaal andersom, dan gaan Europa's beste ultralopers wat wij op een week doen, op 2 dagen afhaspelen (Tor des Géants).
De Rifugio Vittorio Sella is een CAI-hut op een toplocatie (één van de vijf 19° eeuwse jachthutten van de Italiaanse koning).
Etappe in cijfers: 6h30 19km 1750m+ 750m-. Extra 20 min 0.5km en 100m+ T4 voor de Punta del Tuf (3395).
Van op de Punta del Tuf : de Punta Rossa
Vanop de Punta del Tuf : Grivola

dinsdag 4 september 2018

Marmotten zijn de beste

Alpage Entrelor - Valsavarenche.
De Refuge des Marmottes komt in de top tien van de beste hutten. Een unieke combinatie van gastvrijheid, lekker eten, ruime kamers en zoiets ontastbaar als "goede positieve sfeer".
De klim naar de Col d'Entrelor liep vlotjes. De col heeft de naam om technisch te zijn maar dat slaat alleen op enkele korte stukjes vlak onder de Col. Helder weer, geen wind, ... kortom perfect bergweer. Op de col piept de Dent d'Hérens boven de horizon. Dat smaakt naar meer dus klimmen we nog een kleine 200m hoger. Wat een uitzicht : bijna alle hoogste toppen van Wallis, Mont Blanc gebied en Vanoise zijn in beeld.
De sterren zijn de gortdroge piramide van de Grivola en de Gran Paradiso met al zijn gletsjers, die zullen ons de hele dag blijven domineren.
In de afdaling stelen de marmotten de show. Drie keer blijven we tijdloos kijken hoe ze blijven eten (alhoewel ze al kogelrond zijn, klaar voor de winterslaap). 
We genieten de hele dag van de stilte. De tienduizenden sprinkhanen accentueren die nog wat. 
Vandaag slapen we voor het eerst weer in de vallei. Afwachten of dat een goed idee is. We kozen voor camping Grivola dat ook enkele kamers heeft. De camping is al leeggehaald, einde seizoen. Het mini-supermarktje is dus ook dicht.
De etappe in cijfers: 7h 17km 1150m+ 1650m-. Hierin zit ook het extraatje naar de Punta Percia N à 45 min 1.5km 200m op en af. 
Panorama Punta Percia Nord (3212). Van Cima d'Entrelor over Vanoise en Ruitor naar Mont-Blanc gebied. 
Lac Noir en Gran Paradiso
Grivola en rechts Col de Lauson, ons doel morgen.
Lac Djouan en Gran Paradiso
Het was er vergeven van de sprinkhanen. Hier een Sabelsprinkhaan.
September dus herfststijlroos. Check !

Wandelend tijdreizen

Refuge de l'Épée - Alpage d'Entrelor (Rif. delle Marmotte). Na de twee potige etappes van de voorbije dagen doen we het wat rustiger. In plaats van 1600m doen we er "maar" een 1000m.
's Morgens bij het ontbijt kregen we de eerste tijdreis. De eigenaar van de hut houdt de familiestamboom bij en in de 18e en begin 19e eeuw is een heel deel van de familie uitgeweken. Ze kwamen terecht in Gent, Kortrijk, Rijsel ... om er net als thuis in de textiel te werken. 2 Vlaamse groepjes en een koppel uit Duinkerken onder de gasten, de brave man maakte overuren met zijn oud genealogie register. En plots hadden we beet; een neef van me is getrouwd met een Brugse met (blijkt nu) roots in Val d'Aosta.
De klim naar de Col de Fenêtre (sinds Mussolini ook Colle de Finestra maar voor de locals - ook de Italiaanse locals - nog steeds Col de Fenêtre) verloopt relax. Vanaf de Col verandert dit. Erg steil en brokkelig terrein (T3). Een groepje van 6 gemzen die we eerst sprakeloos bewonderen om hun rotsklimtalent en die ons daarna de stuipen op het lijf jagen wanneer ze een blok van een ton of zo lostrappen, dat met veel spectakel uiteenspat op het pad 100m onder ons.
Het winkeltje in Rhêmes blijkt dicht. Einde seizoen denken we. 
In Rhêmes wijken we van de Alta Via af. De omweg langs het dorpje Chaudanne (met meer respect gerestaureerd dan we elders zagen), de Laghi de Pellaud (twee kleine maar o zo romantische meertjes) en de waterval van Entrelor was echt de moeite. En ze was ook veel minder inspannend dan onze extraatjes van gisteren.
Aan de meertjes, een tweede tijdreis. Thuis en op het werk kom ik al eens in aanraking met energiecoöperatieves of crowdleningen om alternatieve groene stroom en microgrids mogelijk te maken. En dan doet iedereen alsof dit iets nieuws is. Hier stootten we op een energie coöperatieve die in 1920 is opgericht door inwoners van Rhêmes om hun dorpjes van duurzame stroom te voorzien. De hele microcentrale staat er nog. Rhêmes hangt ondertussen wel aan het grote net, maar het idee werkt nog steeds inspirerend. De hutten van vandaag én van gisteren hebben geen stinkende dieselgenerator maar hebben een kleine waterkrachtcentrale.
De Rifugio delle Marmotte is een aanrader. Erg nieuw (2015) en dus nog onbekend om veel websites en wandelgidsjes. Er zitten nog wat kleine foutjes in maar dat wordt meer dan goedgemaakt door het enthousiasme en de positieve vibes van de vrijwilligerscrew die de hut runt.  
Etappe in cijfers: 6h15 15 km 950m+1150m-
De typische wegmarkering op de Alta Via 2 : gele pijl in de wandelrichting.
Col de Fenêtre. We zien voor het eerst de Gran Paradiso himself.
Dit molenhuisje huisvestte de eerste microcentrale van Val de Rhêmes.